Ga naar de inhoud

Klik hier voor catalogus in PDF

Van de 400 loten kunstvoorwerpen, met de nadruk op de 18de en 19de eeuw, vonden een kleine 300 een nieuwe eigenaar met een totaalresultaat dat de hoogste schatting oversteeg. Een chronologisch overzicht met hamerprijzen (excl. commissie).

Een anoniem vroeg 19de eeuws doek (lot 23) met voorstelling van drie staande jagers (est.: 750/1000) werd aan 6200 € afgehamerd. Voor een ‘Paar honden in een hok’ van een ander Engels talent, Valentine Thomas Garland (lot 43) ging iemand voor 5400 € aan de haal (est.: 1250/1500) terwijl een ‘Les amants attrapés’ van Alfred W.Elmore (lot 70) aan 7000 € verkocht werd. Andere romantische tableaux deden het ook best. ‘De brief’ van Jan Portielje (lot 57) ging weg aan 7500 € , ‘De kunstkenners’ (twee apen die een schilderij ‘bestuderen’) van de hand van Charles Verlat verdubbelden bijna de schatting (lot 82, 5500 ) en een wintergezicht van Charles Leickert (lot 172) veranderde van eigenaar voor 12000 . Voor ‘La Politique’ van Ferdinand De Braekeleer uit 1857 (lot 189) werd tot 7500 € geboden terwijl een typisch Zeeuws interieur van Edward Portielje (lot 190) 16000 € waard bleek. Een postimpressionistisch Middellands-Zeegezicht van Paul Leduc (lot 336) haalde dan weer een ronde 10000 , dezelfde prijs die geboden werd voor een na-oorlogs Zittend meisje in brons van Louis De Schutter (lot 401). Weerhouden werd echter een schitterend ‘Meisje en gouvernante’ van Jan Portaels.

Internationale belangstelling bestond vooral voor verfijnde en zeldzame Franse meubelen. Een commode van André-Charles Boulle (lot 117) uit het Louis XIV-tijdperk, met een estimatie 15/18000 , ging weg aan 46000 € terwijl een aan Nicolas Petit toe te schrijven secretaire op leunhoogte van ca. 1770 (lot 130, est.: 5/6000 ) 7500 € afgehamerd werd. Voor een commode van Pierre Fléchy (lot 131) werd online via Nextlot en Drouotlive, over de telefoon en in de zaal heftig gestreden. Het pronkstuk uit deze veiling, mooi gemarketteerd en gestempeld, vond een nieuw onderkomen aan 72000 . Een ander, in onze contreien weinig voorkomende regulateur van Jollain & Bouchet in rozenhout en amarant uit de Louis XV-periode (lot 132, h.: 230 cm) verdubbelde dan weer vlot de schatting en verkocht aan 68000 . Voor een negendelig salongarnituur uit hetzelfde tijdsbestek (lot 133) werd dan weer tot 32000 € geboden.

Bij de toegepaste kunsten werd een laat 18de eeuwse Hollandse tafelklok van Johannes Bernardus Vrijhtoff (lot 138) toegewezen aan een mooie 14000 euro daar waar een Parijse muurkartel van omstreeks 1740 (lot 140) 13000 € waard bleek. Een vuurverguld bronzen schouwklok (lot 147) ging 7000 , een indrukwekkende portiekpendule (lot 152) meer dan het dubbele (15500 ).

Om dit vuurwerk van prijzen af te sluiten, nog even de hamerprijs van 5500 € in herinnering brengen, geroepen voor een midden 19de eeuwse Luikse percussieduelleerkoffer (lot 264).