De eerste, vierkante ‘Kwadraat’-catalogus, klein van oplage en formaat, maar sterk in densiteit en kwaliteit telde 107 loten ‘Works on Paper’ met zeldzame uitgaven en grafiek van Gezelle tot Borremans. 72 loten vonden een nieuwe eigenaar, aan een gemiddelde prijs van ruim € 1000 per kavel. Hieronder een kort verslag met hamerprijzen (excl. 23/26%).
Lot 1054 |
Lot 1019
|
Een tekeningetje van Eugeen Van Mieghem (lot 1013) verviervoudigde al snel de schatting. De ‘koetsier’, geschat rond 800€ vertrok aan 3000€. Een ‘fillette’ van Rik Wouters, een pracht van een tekening uit 1915, haalde even vlot 5000€ (lot 1015), iets meer dan de dubbelzijdige tekening van een liggend naakt (lot 1016, 4400€), eveneens van de hand van deze fauvist. Een puntgave ‘Het Sienjaal’ van Paul Van Ostayen, uitzonderlijk met ingekleurde omslag, in de vitrine aan 3000€, verhuisde naar een openbare instelling voor 5400€ (lot 1019). Floris Jespers lag ook met zijn etswerk goed in de markt. Zijn vroege bladen verkochten tussen 300 en 500€ maar twee prenten schoten flink uit: ‘Scène de cirque’ (lot 1044, 1100€) en ‘Pour le poête Van Ostaijen’ (lot 1045, 1000€). Een andere verzamelaar ging tot 5400€ voor een prachtige suite van Edgard Tytgats ‘La flute enchantée de Mozart’ (lot 1050).
Lot 1000 |
Lot 1015 |
Bij de naoorlogse periode ging het bijwijlen nog harder: de volledige collectie van het ‘literaris tijdschrift der 60ers’, Labris, met alle jaargangen van 1962 tot 1973 stond geschat tussen 1200/1400€ maar verkocht na een duel tegen een internetbieder aan ruim een vijfvoud (lot 1054, 6400€). Verrassen deed ook de laatste publicatie van Gordon Matta-Clark, wiens ‘All for one, one for all’ uit 1979 aan 2800€ de schatting vertienvoudigde (lot 1060). Prenten van Luc Tuymans bleken telkens 1100€ waard (loten 1077, 1089), van Michaël Borremans (lot 1107) 1400€ en van Thierry De Cordier (lot 1091) 1700€. Tot slot ging ook nog een tekening van Sam Dillemans (lot 1098) 1900€.
Lot 1000 |
Lot 1104 |